12 januari 2020 Thema: Jezus en Johannes de Doper; twee kanten van de betekenis van de doop

Matteüs 3, 13 – 17 en Jesaja 42, 1 – 7                             RBK, 12 januari 2020

Thema:

Jezus en Johannes de Doper; twee kanten van de betekenis van de doop

Gebed van toenadering

In deze dagen na de feesten,

Van gewoon weer verder gaan

Met het leven van alle dag

Zijn wij hier Eeuwige,

Op de dag die we uw dag noemen.

Om te blijven beseffen

Dat u de God van alle dagen bent.

Blijf bij ons en houd ons staande.

Dag aan dag.

Door Jezus Christus onze Heer,

Amen.

Kyriegebed

Gebed om de Geest

Tekst: Matteüs 3 vers 15

Gemeente van onze Heer, Jezus Christus,

1.

Van Johannes de Doper hebben we een bijzonder geboorteverhaal.

Hij werd aangekondigd door een engel in de tempel en kon geboren worden door een bijzonder ‘ingrijpen’ van God in het leven van de oude Zacharias en Elizabeth.

Van Jezus kennen we het bijzondere geboorteverhaal met de aankondiging door de engel Gabriël en de bijzondere zwangerschap van Maria.

Op Johannes de Doper kwamen veel mensen af en hij had een aantal speciale leerlingen.

Waar Jezus kwam, kwamen veel mensen achter hem aan en ook hij had leerlingen, zijn 12 discipelen.

Johannes de Doper is door koning Herodes gevangengezet en ten slotte onthoofd omdat Herodes een politiek gevaar zag in die Johannes de onruststoker…

Jezus werd gekruisigd onder Pontius Pilatus, mede op aandringen van koning Herodes na een corrupte rechtszaak, omdat hij zich volgens de machthebbers politieke macht liet aanleunen al met zijn aanduiding: de ‘koning der Joden’.

Alle vier de evangelisten, Marcus, Matteüs, Lucas en Johannes schrijven over Johannes en Jezus.

En toch heten wij christenen, volgelingen van Jezus Christus, en niet van Johannes de Doper.

Hoe zit dat met de verhouding tussen Johannes de Doper en Jezus?

2.

In de tijd van Jezus ontstonden er regelmatig religieuze bewegingen.

Er zijn ook uit buiten Bijbelse bronnen namen en verhalen bekend van predikers, profetische figuren, die leerlingen kregen en een soort beweging op gang brachten.

En hoewel zo’n beweging een religieuze vlag voerde was de lading nogal eens politiek.

Israël was in die tijd immers bezet door de Romeinen.

De godsdienst was door de Romeinen min of meer vrij gelaten en dus werden godsdienstige bewegingen vaak ook plekken van verzet tegen de Romeinen.

En omgekeerd: wie in verzet kwam tegen de bezettende macht gebruikte de godsdienst nogal eens om mensen op de been te krijgen.

Nederland kent dat uit de eigen geschiedenis: Willem van Oranje vocht met de protestanten aan zijn kant tegen de Rooms-Katholieke koning van Spanje.

We zingen er nog over in het Wilhelmus.

In Noord-Afrika en in het Midden-Oosten zijn het vaak religieuze leiders die een politieke rol spelen.

Van de week vertelde iemand mij van een nieuwe serie op Netflix met de titel: The Messiah, de Verlosser.

Dat is een verhaal over een moslimleider die in Syrië veel mensen trok met zijn verhalen, beelden en gedichten.

En de Amerikaanse inlichtingendienst CIA ontvoert  hem al gauw naar de VS om erachter te komen hoe machtig deze man is in politiek opzicht.

Heel eigentijds en een spannende serie op het scherm.

Het feit dat iedereen iedereen in de gaten houdt, bijvoorbeeld met drones, is sinds de dood van de Iraanse generaal Qassem Soleimani ook geen nieuws meer.

Godsdienst wordt er vaak van beschuldigd de oorzaak van conflicten en oorlogen te zijn.

Maar de realiteit is vaak dat er andere oorzaken zijn, zoals economische belangen, streven naar macht en al langer bestaande etnische conflicten.

Op een gegeven moment ontvlammen zulke conflicten en vaak wordt de godsdienst dan als lont in het kruitvat gebruikt.

Het begint dan in de kringen van de godsdienst, maar het heeft dan wortels die al langer en dieper zitten in de samenleving.

3.

Waarschijnlijk hebben de joodse mensen in Johannes’ dagen ook gedacht of gehoopt dat Johannes een leider van een bevrijdingsbeweging zou kunnen worden.

Hij trad op in de woestijn, daar hield hij zijn toespraken.

Er kwamen veel mensen op af want wie weet zou Johannes ooit nog eens, net als vroeger, met Mozes en Jozua, vanuit de woestijn het land opnieuw binnentrekken en bevrijden van de Romeinen.

Je weet het maar nooit…

In ieder geval riep Johannes de mensen op om nog eens goed na te denken over de vraag of ze nog wel echte kinderen van Abraham waren, hoe het zat met hun identiteit, hun geloof, hun band met God, met de ‘wortels’ van waaruit ze leefden.

En velen voelden zich aangesproken, die wilden hun leven graag ‘opnieuw beginnen’, zich opnieuw oriënteren op wat echt belangrijk was.

Zij lieten zich dopen.

Onderdompelen in de rivier was in die dagen een reinigingsritueel waarmee ze ook symbolisch uitdrukten dat ze aangekoekte inzichten en gewoonten los wilden laten en een ander, een radicaler, weer in God geworteld, leven wilden gaan leiden.

En die ervaring is een ervaring van bevrijding die maakt dat je ook gaat kijken naar wat je verder nog knecht en onder de duim houdt.

Overigens lang niet iedereen liet zich dopen.

En als Johannes bepaalde mensen ervan verdacht dat ze niet wilden laten dopen omdat ze te belangrijke posities hadden in Jeruzalem, te vast zaten aan religieus of ander pluche, dan was hij niet mals.

Addergebroed, stelletje slangen uit een slangennest…

In zijn taal, in zijn kleding – een mantel van kamelenhaar – en in zijn voedingspatroon – sprinkhanen en wilde honing – had hij het imago van een onafhankelijke boeteprofeet gekozen.

Iemand in het spoor van de profeten uit het Oude Testament, zoals de profeet Elia.

Die kon er indertijd ook wat van, was ook fel en durfde scherpe kritiek te laten horen tegen onrecht en machtsmisbruik.

Zo trad Johannes op in de woestijn van Judea.

3.

En dan treedt Jezus op vanuit Galilea.

Dat mogen we best een markante keuze van Jezus noemen dat hij bij Johannes begint.

Als je je carrière bij iemand als Johannes begint… dan is het geen wonder dat de mensen Jezus ook als een soort politieke bevrijder hebben gezien.

Alleen had Jezus een heel andere stijl.

Hij kwam uit Galilea, het hoge noorden, een gebied waar niemand iets bijzonders van verwachtte.

Uit Galilea komen was: het imago dragen van eenvoudige mensen, geen grote mond, geen poeha, niet van die types die zich op hun prestaties laten voorstaan, niet zo geprofileerd, laat staan geprononceerd.

Eenvoudig.

Niet zo’n profeet als die uitgesproken Elia.

Jezus doet meer denken aan de profetieën van Jesaja over de Knecht van de Heer.

Hij schreeuwt niet, hij verheft zijn stem niet, hij roept niet luidkeels in het openbaar.

Hij gaat niet ruig te keer maar ontziet het geknakte riet en hij houdt zijn handen om een walmend vlammetje, opdat het maar niet dooft…

Dat betekent niet dat hij niets voor elkaar krijgt, zegt Jesaja.

Nee, die knecht des Heren zal het recht op aarde vestigen, alle volken het recht doen kennen, met ongebroken kracht en vol vuur. Vervuld van Gods Geest.

Met oog voor kleine mensen, in hun kwetsbare positie.

Daarmee zal hij blinden de ogen openen, mensen die gevangen zijn in hun verblindheid of verslaving, in hun ideologie of verbitterdheid, gevangen in de rottigheid van het leven en daardoor letterlijk in de gevangenis beland zijn, bevrijden.

Die mensen zal hij recht doen, weer rechtop zetten.

Het eerste woord dat we bij Matteüs uit de volwassen mond van Jezus horen is: wij behoren de gerechtigheid, álle gerechtigheid, te vervullen…!

Als Jezus aantreedt vanuit Galilea dan laat Matteüs een duidelijk onderscheid zien tussen Jezus en Johannes de Doper.

En als Jezus gedoopt is in de Jordaan komt daar nog dat bijzondere, dat visioen, die wonderlijke ervaring bij dat er uit de hemel een duif neerdaalt, de gestalte van de heilige Geest.

En er klinkt een stem die bijna woordelijk zegt wat er in Jesaja 42 ook gezegd is over de figuur van de knecht van de Heer:

Dit is mijn zoon, de geliefde, in wie ik mijn welbehagen, mijn vreugde vind.

Hoe zit het nu dan met de verhouding tussen Johannes de Doper en Jezus?

4.

Er zit natuurlijk iets van overname, van opvolging in.

Johannes had een behoorlijke invloed gehad, maar de evangelisten willen laten zien dat Jezus weliswaar in de lijn van Johannes en van de profeten uit het Oude Testament stond maar dat Jezus die lijn ook verder trok op zijn eigen manier.

Mensen die Johannes volgden moesten beseffen dat ze nu Jezus konden gaan volgen. Jezus ging in het spoor van Johannes, maar hij ging verder.

Geen concurrentie met Johannes, maar voortzetting.

Een opvolgingskwestie dus waarbij mensen overtuigd moesten worden van de juiste keuze van de persoon van de opvolger en van de juiste keuzes in het ‘beleid’ van de opvolger.

Daarom zegt Johannes zo nadrukkelijk dat Jezus niet door hem gedoopt hoeft te worden, maar juist andersom, dat Johannes door Jezus gedoopt zou willen worden.

De lijn van Jezus zal de hoofdlijn worden.

De opvolger wordt de grote leider en de voorganger verklaart zichzelf tot enkel wegbereider.

5.

Maar Matteüs zet voorganger en opvolger niet tegenover elkaar.

Hij benadrukt juist de gezamenlijke richting.

Als Jezus zegt; doe het nu maar, doop mij nu maar want zo behoort het te gaan, zo ‘gaan wij samen de gerechtigheid vervullen’, dan is de boodschap duidelijk.

Het is Jezus niet te doen om het opvolgen van Johannes, hij neemt de beweging, de partij van Johannes niet over om zijn eigen lijn uit te voeren, nee hij gaat naast hem staan en spreekt over wij.

Wij gaan alle gerechtigheid vervullen.

Jouw lijn, die van de ‘ruige’ profeet, van de uitgesproken mening over dingen die niet goed lopen, jouw protest, jouw scherpe oordeel, jouw opkomen tegen wat onrecht is blijft staan naast mijn aandacht voor mensen en de gerechtigheid die hen weer terecht brengt.

Als ik opkom voor mensen die er aan onderdoor dreigen te gaan, die gevangen zitten in het duister van hun eigen leven en hun eigen levenskeuzes…

Als ik opkom voor wie gevangen zitten in het donker van de tijden met crises…

Als ik mensen wil redden van economisch en sociaal onrecht, of slachtoffer worden van geweld, dan staat dat niet los van het profetische protest.

Beide benaderingen, beide inzetten zijn nodig.

Twee kanten van wat een Messias is, twee kanten van wat verlossing betekent.

Profeet van de Heer in de traditie van Elia is nodig en Knecht van de Heer, die in het lijden gaat staan is nodig.

6.

Het gaat in het Bijbelverhaal over de doop van Jezus door Johannes ov er twee belangrijke aspecten van de doop.

In doopgesprekken met doopouders gaat het nogal eens over de doop als teken dat God onze kinderen, ons mensen, onder zijn hoede neemt.

Zo’n kwetsbaar nieuw leven vraagt om bescherming.

We leven in een risicosamenleving, van elle kanten omringd met mogelijke gevaren.

Ouders zoeken naar houvast bij de geweldige verantwoordelijkheid die ze voelen bij het krijgen en opvoeden van een kindje; hoe geven we haar of hem alles wat nodig is om een mooi mens te worden, hoe beschermen we haar.

Ouders denken in dat opzicht vaak  vooral in de lijn van de Knecht van de Heer.

Maar bij de doop van Jezus is dat maar één lijn.

Het is de lijn van Jezus zelf trekt, maar hij wil die niet los zien van de lijn van de profeet, de lijn van Johannes de Doper.

Je mag kinderen óók opvoeden met de vraag: hoe dagen we hen uit, hoe confronteren we hen met de moeilijkheden en de onrechtvaardigheden van het leven en hoe stimuleren we hen om gerechtigheid te doen?

Om als volwassen mens maar niet met alle winden mee te waaien.

Om een eigen identiteit te hebben, sterk te staan in zaken die met recht en gerechtigheid te maken hebben.

Je kinderen leren wat grenzen zijn en hoe je die kunt bewaken, voor jezelf en voor een ander.

En daarbij gaat het natuurlijk ook over de vraag: hoe trekken wij zelf dan onze grenzen om integer te zijn, als ouders, grootouders, mensen die samen een maatschappij maken die zo verlangt naar recht en gerechtigheid, naar veiligheid en eerlijke kansen voor iedereen.

Johannes en Jezus, samen behoren wij de gerechtigheid te vervullen.

7.

Maar is er dan geen onderscheid?

Waarom geloven wij dan in Jezus en niet in Johannes, als messias?

Het onderscheid zit hem in de Geest.

Johannes is niet zonder de Geest van God, maar sinds de doop van Jezus weten dat Jezus ‘vervuld’ was van de Geest.

De geliefde zoon, in wie God welbehagen, vreugde vindt is een mens uit één stuk door die totale toewijding aan God, dat geheel vervuld zijn met God, dat is alleen in Jezus volop duidelijk geworden.

Vol van de Geest, totaal gevuld, vervuld.

Alleen hij kan uiteindelijk de woorden spreken: het is volbracht; alle gerechtigheid is vervuld.

Bij Johannes zijn er veel mensen die zich laten dopen, die zich opnieuw op hun leven oriënteren, anders in het leven gaan staan.

Maar er zijn er ook die zich omkeren en zich niet bekeren.

Die volharden in hun bestaan en leven de ongerechtigheid.

Die beschadigen zichzelf en beschadigen anderen.

En het helpt niet als Johannes tegen hen blijft preken, roepen of schreeuwen desnoods.

De profetie komt een keer aan zijn grens.

Mensen kunnen de vervulling van alle gerechtigheid niet in eigen kracht volbrengen.

Maar daar gaat de stille knecht van de Heer met zijn hart vol van ontferming voor mensen, overheen. Hij neemt die grens door eerst zelf gedoopt te worden.

Als anderen zich dan niet willen laten dopen, dan laat hij zich wel dopen.

Als anderen elkaar het leven niet gunnen, dan kiest hij voor de dood om het ‘goede leven’ te laten winnen.

Als mensen in hun onmenselijkheid – zeg maar zondigheid – verloren gaan, dan gaat hij met hen mee, wordt hij zelf ondergedompeld in de Jordaan.

Omdat hij gebroken riet niet kan vertrappen of kan laten vertrappen.

Omdat hij kwetsbare vlammetjes niet kan doven of laten uitblussen.

Dat is het verhaal van Jezus, de Zoon, vervuld van de Geest.

Het verhaal van iemand die tot voorbij het einde ging om de gerechtigheid voor alles wat leeft te vervullen.

Jezus roept mensen op en maakt ze vrij door zijn Geest om tegenover alles wat het leven bedreigt vrij te kunnen staan.

Om te beschermen en te behoeden wat geen macht heeft en om zich te verzetten tegen alles en iedereen die macht wil misbruiken.

Die Geest ging in Jezus aan het werk.

En voor wie in Jezus gelooft is die vogel nog steeds niet gevlogen.

De vogel van de Geest wil huizen in ons hoofd en in ons hart, Gods geliefde kinderen als wij zijn.

Amen.